De Vlaamse Regering wil met dit besluit een middel aanreiken aan gezinnen die de financiële middelen ontbreken om de digitale meter met Prepaid functie aardgas en elektriciteit op te laden en dus het risico lopen om zonder verwarming te vallen in de winterperiode.
De winterperiode wordt gedefinieerd als de periode van 1 november 2024 tot en met 31 maart 2025. De minister kan deze periode verlengen in functie van de weersomstandigheden.
Klanten kunnen een hulpaanvraag indienen op basis van de toepassing van de tabel met toe te kennen bedrag.
De distributienetbeheerder Fluvius bezorgt het OCMW een lijst van afnemers/klanten die tussen november en maart gedurende dertig dagen niet meer hebben opgeladen, waardoor er een reële kans is dat zij zichzelf hebben afgesloten en daardoor zonder verwarming dreigen te vallen.
De winterperiode wordt gedefinieerd als de periode van 1 november 2024 tot en met 31 maart 2025.
De minister kan deze periode verlengen in functie van de weersomstandigheden.
Klanten kunnen een hulpaanvraag indienen op basis van de toepassing van de tabel met toe te kennen bedrag.
De distributienetbeheerder Fluvius bezorgt het OCMW een lijst van afnemers/klanten die tussen november en maart gedurende dertig dagen niet meer hebben opgeladen.
De probleemgezinnen zullen worden gecontacteerd om na te gaan of er effectief een probleem is en of zij een minimale levering willen aanvragen.
Er wordt steeds een sociaal onderzoek hiervoor gedaan dat de volgende elementen bevat:
De ‘minimale hoeveelheid aardgas’ wordt berekend op basis van een tabel, vastgesteld door de minister van energie.
Bij het opstellen van deze tabel werd de ‘minimale hoeveelheid aardgas’ bepaald als 60% van het gemiddelde aardgasverbruik in de wintermaanden december, januari en februari voor een bepaalde woontypologie (open of halfopen bebouwing, rijhuis/hoekhuis of appartement).
Halfmaandelijkse tussenkomsten voor de minimale levering aardgas voor gezinnen met een digitale meter met Prepaid functie voor aardgas:
Woningtype | Niet-beschermde afnemer | Beschermde afnemer = recht op sociale maximumprijs |
appartement | 51,66 euro | 34,66 euro |
rijhuis of hoekhuis (maximum 2 open gevels) | 72,66 euro | 48,66 euro |
vrijstaand of halfopen (meer dan 2 open gevels) | 86,66 euro | 58,66 euro |
Halfmaandelijkse tussenkomsten voor de minimale levering elektriciteit voor gezinnen die elektrisch verwarmen via het exclusief nachttarief:
Woningtype | Niet-beschermde afnemer | Beschermde afnemer = recht op sociale maximumprijs |
appartement | 88,77 euro | 72,77 euro |
rijhuis of hoekhuis (maximum 2 open gevels) | 125,77 euro | 104,77 euro |
vrijstaand of halfopen (meer dan 2 open gevels) | 149,77 euro | 125,77 euro |
Het Vlaams regeerakkoord 2019-2024 stelt dat de Vlaamse Regering verder wil inzetten op een daling van energiearmoede. Verwijzend naar de ‘minimale levering via de digitale meter in voorafbetaling’ - artikel 5.4.6 tot en met 5.4.10 van het Energiebesluit van 19 november 2010.
De raad voor maatschappelijk welzijn besluit een positief advies te geven om gedurende de winterperiode 2024-2025 in te stappen in het systeem van minimale levering via de budgetmeter (aardgas en elektriciteit bij exclusief nachttarief), zoals ontwikkeld door de Vlaamse Regering, vanaf 1 november 2024 tot het einde van de winterperiode.